Het volgende fragment is van een serie uit de stal van Jim Henson. The Story Teller. Sprookjes. Vertelt door John Hurt. Tot leven gebracht door de Henson Creature shop. Een echt familie bedrijf waar het poppenspel van vader op zoon is overgegaan. Een magische serie waarin geen enkele scene en overgang aan het toeval werd overgelaten. Waar CGI nog niet was ingetreden maar toch alle grenzen werden overschreden. [b]The StoryTeller – The Soldier and Death[/b] Een soldaat. Net terug van het slagveld. Door zijn goedheid beloond met een magische zak en dito speelkaarten. De soldaat gaat zijn geluk beproeven in een vervallen, door duivels bezeten paleis. De avond valt en de duivels komen aangevlogen. De soldaat. Zonder vrees. Stelt voor te spelen. Zijn ziel. In ruil voor veertig potten goud. Hij schud de kaarten. Magische kaarten. Deelt. Speelt. Wint. Deelt. Speelt. Wint. Tot groot ongenoegen van de duivels die des duivels zijn. Keer na keer wint de soldaat. Deelt. Speelt. Wint. De duivels verdenken hem van valsspelen, maar dat kan niet, zij spelen nochtans vals en verliezen evengoed. Tot alle potten goud verspeeld zijn. De duivels zinnen op wraak, maar de soldaat is ze weer te slim af, hij pakt zijn zak en beveelt de duivels in de zak te kruipen. Zo verslaat de Soldaat de duivels. De rest van het verhaal gaat over hoe de soldaat de dood te slim af is. Maar dat kan ik niet zo meesterlijk vertellen als John Hurt en de beelden die het poppenspel oproepen. Deze specifieke scene is waarschijnlijk een van de meest arbeidsintensieve scenes geweest, ik heb de duivels niet kunnen tellen, maar het waren er toch aardig wat. Allen zeer gedetaileerd en voorzien van hun eigen gelaatstrekken die zeer ‘natuur-getrouw’ bespeeld konden worden. Daarnaast is het de zwarte humor die hierin verwoven was iets wat mij aansprak.
Blijven lachen
En toen was het mijn beurt. Moet zeggen dat ik een stuk milder en vriendelijker lach, maar ik lachte. Lachte om haar opmerking. Ze belde terug in verband met een bezichtiging. Ze hadden nog een appartement in het complex te koop, wist ik. Vandaar mijn vraag of ik die ervoor of erna kon bezichtigen. “Deze is wel wat duurder hoor!” sprak ze bezorgd uit. Een vriendelijk lachje ontsnapte mij. “Maar dat is geen bezwaar.” Makelaars vs. Daan: 1-1 Nu maar hopen dat het een beetje een redelijke plek is. Locatie op zich heeft wel al zeer positieve voordelen. Vijf minuten fietsen van mijn werk. Vijf minuten fietsen van de stad. Ruim drie kwartier fietsen naar de kinderen, maar dan pak ik wel de bus.
Zomergasten – eerste fragment
[b]Macron One(aka Goshogun)[/b] Een futuristische omgeving. Een wetenschapper heeft een lezing gehouden en wordt nu door zijn chaufeur naar het hotel gebracht. De auto zweeft over de weg. Tot plots de weg openklapt en de auto erin verdwijnt. De wetenschapper wordt geliquideerd. Het volgende moment bevinden we ons op de begrafenis. De zoon van de wetenschapper is nu ouderloos een collega wetenschapper ontfermt zich over hem. Het regent. Ieder staat met een paraplu, grauw en grijs, op de jongen na die in een geel shirt met een soort van lederhozen rondloopt. Hij huilt. Dikke tranen stromen over zijn wangen. Hij schreewt. Schreewt tegen de oneerlijkheid van deze wereld. Dan is de ceremonie voorbij. Ze lopen van de begraafplaats weg maar worden omsingeld. Mannen in regenpakken met paraplus. Mannen? Robots in regenpakken met paraplus. Paraplus? De paraplus zijn lichtzwaarden, vermomd als paraplus. De wetenschapper schat de ernst van de situatie in. Zeer ernstig. Hij klapt zijn eigen paraplu in, duwt de jongen naar achter. Grijpt zijn paraplu beet als een machine geweer en begint zowaar in de rondte te schieten. Schieten met zijn paraplu. Deze scene is mij het meest bij gebleven. Naast dat in deze tekenfilm ook een super robot aanwezig was die weer bestuurd werd door drie verschillende piloten. Dit fragment is mij altijd bij gebleven. Mijn eerst stappen op internet waren in een zoektocht naar informatie over deze serie. Bij gebrek aan die informatie heb ik toen een eigen website opgezet. U leest het goed. Gebrek aan informatie. Op het internet nogwel. Het is dan ook ruim tien jaar terug. Het was leuk de reacties te ontvangen van meer dolenden die hun heil vonden op mijn site.
In het weekend wordt niet gelogd
dan wordt er driedubbel gelogd, bij deze om melding te doen dat de komende acht dagen het zomergasten log geherpost zal worden in acht hapklare brokken. Om hen die het geheel al wel hebben doorwrocht zal ik pogen naast de zomergastenblogs ook een nieuwe blog te posten, bij deze dus de introductie: ————————- De zomer TV van Daan Landwehr Johan Te beginnen met het formaat. Dat is wat de dames toch het meest interesseert. Tegelijk een teleurstelling en openbaring. Ben niet zo thuis in de centimeters, maar geloof dat het een 33 centimeter televisie is. Klein. Zeer klein. En mono geluid. Wat met het aansluiten van een 5.1 surround DVD speler nogal eens wat problemen gaf. Tot de ontdekking gekomen dat het omzetten van 5.1 naar stereo. Van stereo weer naar mono desastreuze gevolgen heeft voor je coax kabel. Kijken gebeurt vrij weinig. Toch dagelijks het nieuws. Af en toe een serie. Af en toe een avondje film. De kinderen kijken ook weinig. Er is weinig wat mijn goedkeuring heeft. Slechte kwaliteit in animatie, loze verhaallijnen, dat wil ik ze gewoon niet aan doen. In tegenstelling tot vroeger. Mijn jeugd. Waarin ik veelvuldig voor de televisie heb gehangen. De woensdag middagen en de ochtenden in het weekend, waar nog geen nederlandstalige televisie beschikbaar was en ik me dus al vrij vroeg het engels heb weten te beheersen. Sky en Super Channel.
Nog verder
Ik weet wat ik kan. Weet nu ook zeker wat ik niet kan. Dus ga ik kijken. Steeds verder. Zover zelfs tot ik kom waar ik misschien het allerliefste zou willen zijn. ‘s-Hertogenbosch.(nee, geen Denemarken, Noorwegen of Japan, hoewel?!?) Maar wat nu met de kinderen. Moet ik in de buurt blijven wonen? Hoe relatief is afstand eigenlijk wel niet? Is binnen de provincie blijven niet in de buurt genoeg? Van Oosterhout naar ‘s-Hertogenbosch, dat is toch niet echt ver? Zeker als ik zelf in Breda werk. Qua reistijd maakt het met OV niet zoveel uit of ik nu hier om 8:20 de bus neem, of daar om 8:20 de trein pak. Het rekenen en denken is weer opnieuw begonnen. Vanavond even de discussie opengooien.
Weer verder
De tranen zijn gelaten. Er is een nachtje over geslapen. We gaan weer verder. Vol goede moed, nieuwe afspraken gemaakt. Alle opties weer bekeken. Toch prettig om iets achter de hand te hebben.
Uitgelachen
Het heeft me erg veel moeite gekost. De hele week ben ik aan het rekekenen. Wat als. Hoeveel bespaar ik daar. Wat kan ik er nog zelf in stoppen. Ik kom tot mijn conclusie. Denk dat het zal moeten lukken. Zoek nog een en ander op. Hoever kan ik zakken. Te ver. Ik bel. Hij lacht. Ik niet. Bedank hem vriendelijk. Leg neer. De tranen laat ik nu maar even gaan.
Nachtwacht
Ze huilt. Het is drie uur. In de ochtend en ze huilt. Echt huilen is het niet. Eerder mopperen. Een verdrietig roepen. Maar ze moet slapen. Ik moet slapen. Zo zit de mens eenmaal in elkaar. We slapen
Zomergasten
nu bekruipt mij het gevoel dat mijn logje zomertijd amper volledig gelezen is, het was een vrij lange lap tekst(wat te verwachten was, zomergasten op tv duurt ook de gehele avond) dus bij deze wil ik graag navragen of dat ook werkelijk zo is, zo ja, dan zou ik het log kunnen opslitsen in 8 wat meer behapbare stukken, alvast bedankt voor de feedback.
Andere tijden

Beneden is het warm. Teveel mensen.
Ik zit boven. Ik zit Alleen. Ik zit. Op de grond.
Voor mij bevind zich een gordijntje, groen, met lichtere en donkere groene cirkels.
Mijn hand pakt het gordijn en schuif het opzij.
Achter het gordijntje zit een nis. Een doodgewone nis.
Voor wie goed kijkt is er meer. Veel meer.
In een oogwenk bevindt ik mij in andere oorden. Andere tijden. Ridders, heksen, tovenaars, spoken en draken.