Verwrongen. Stug en raar. Zo stak het uit. Uit mijn haardos. Weelderige kastanjebruine lokken. Met dus dat ene verwrongen haartje. Spierwit. In een rare kronkel. Alsof de kleur al niet opvallend genoeg was. Of eerder het ontbreken van kleur. Het zullen wel zorgen zijn. Zorgen. Over wat er gebeurd. Over wat er komen gaat. Over wat er is geweest. Zorgen. In een enkele witte, kromme, verwongen haar. Dat geeft te denken. Hoeveel obezorgdheid heb ik nog op mijn kop zitten. Hoe gelukkig ik me kan prijzen met wat er nu gebeurt. Wat er komen gaat. Wat er geweest is.